De boodschap van het nieuwe Testament

Als er een boodschap centraal staat in het Nieuwe Testament is het de boodschap van Gods koninkrijk, het koninkrijk van de hemel. Johannes de Doper begint ermee: “Kom tot inkeer, want het koninkrijk van de hemel is nabij!” (Mat 3:2). Maar ook Jezus Zelf brengt precies deze boodschap: “Kom tot inkeer,’ zei hij, ‘want het koninkrijk van de hemel is nabij!” (Mat 4:17)

Toen Jezus deze boodschap bracht ging dat trouwens wel gepaard met wonderen en tekenen. Zijn boodschap en deze wonderen hoorden bij elkaar. Als Jezus spreekt veranderen de dingen. Dan wordt een stuk van het hemelse Koninkrijk al zichtbaar. Dat Koninkrijk waar Johannes en Jezus het over hadden is anders, gebaseerd op andere regels, andere vanzelfsprekendheden, andere krachten.

Het Koninkrijk lijkt op…

Jezus heeft zoveel verteld over het koninkrijk. Het lijkt op een mens die goed zaad zaait, het is als een zaadje, het is als gist, het is als een schat die verborgen ligt in de akker… En steeds is het een klein facet van het koninkrijk. Het is niet in een woord uit te drukken.

En hoe kom je in het koninkrijk? Je moet opnieuw geboren worden om erin te kunnen komen (Joh 3:3). Je moet zijn als een kind (Mat 18:4). Het is daar niet de vraag die de belangrijkste is. Sommigen kunnen er maar met moeite in komen. Jezus heeft het dan over rijken. Of mensen die niet willen omdat ze het te druk hebben. En het koninkrijk moet vol worden, daarom moeten dan mensen overal vandaan worden gehaald. Alles is anders in Gods koninkrijk!

Na de opstanding

Nadat Jezus is opgestaan heeft Hij nog over een periode van veertig dagen op aarde gewandeld. Keer op keer ontmoette Hij zijn vrienden. Ze aten en dronken met elkaar. En Hij sprak. Vooral over het Koninkrijk: “Na zijn lijden en dood heeft hij hun herhaaldelijk bewezen dat hij leefde; gedurende veertig dagen is hij in hun midden verschenen en sprak hij met hen over het koninkrijk van God.” (Hand 1:3)

Dit was de boodschap. Het koninkrijk van God. Het rijk waar Jezus koning is. Hij was gekroond als de koning van de Joden. Zijn kroon was een doornenkroon. Hij kreeg een mantel omgehangen om een rug die was open geploegd. Zijn troon was een vervloekt kruis! Nog steeds begrepen de leerlingen het niet. Want nu was Jezus toch opgestaan, nu zou het Koninkrijk wel zichtbaar worden.

Is het er nu al wel, of is het er nu nog niet?

Dát is nu een interessante vraag. Als het zo het hoofdthema is hoe zit het dan? Het is van allebei een beetje. Het is JA: het koninkrijk van God is werkelijkheid geworden. Want Jezus is Koning. Hij is verheerlijkt. Hij is de rechtmatige heerser. Het is tegelijkertijd NEE: het koninkrijk van God is nog steeds niet ten volle zichtbaar. Kijk maar eens naar je eigen leven, naar de wereld waarin we leven. Je ziet de heerschappij van het kwaad. Je zou zeggen dat Gods kracht er helemaal niet is.

Het lijkt op Robin Hood

Zou het mogen, een nieuwe gelijkenis schrijven? Ik kwam dit voorbeeld tegen en ik vind em mooi. Het koninkrijk van God lijkt op Robin Hood…

Misschien is het met het koninkrijk van God wel als met het verhaal van Robin Hood, de mam die stal van de rijken en het gaf aan de armen, de man die in de bossen van Sherwood leefde, met zijn kameraden en de maagd Marian, en die het continue aan de stok had met de sherrif van Nottingham. Wellicht is het maar een legende, maar toch.

In de twaalfde eeuw had de wettige koning van Engeland,Richard, zijn land verlaten voor een kruistocht. In zijn afwezigheid kroonde zijn broer, prins John, zichzelf tot koning. Alsof dat nog niet genoeg was, gooide John de belastingen ook nog eens omhoog, en hij perkte de jachtrechten van de boeren in, de toch al geen kant op konden vanwege het strenge systeem. Robin Hood was de leider van een tegenbeweging, die weigerde het bestuur van ‘koning’ John te erkennen, en de hoop op terugkeer van de ware koning, Richard, levend hield. Toen in Engeland langzaamaan bekend werd dat koning Richard zou terugkeren, en in feite al was gekomen, begonnen Robin Hood en zijn volgelingen door te fluisteren aan hun landgenoten, die de hoop al hadden opgegeven, dat de echte koning hen niet had vergeten, dat alles anders zou worden. Hoewel ze nog een korte tijd in onzekerheid moesten doorbrengen, en zelfs in verdrukking, totdat ‘koning’ John daadwerkelijk zou zijn verslagen, was het nieuws bekend, en niets bracht deze mensen tot zwijgen!

Eigenlijk is dit een prachtig voorbeeld van de gemeente van Jezus Christus in de wereld. We fluisteren dat het nieuwe er al is. Jezus is koning. Dat maakt alles anders. Dat heeft hoop. Alles wat hier nu gebeurt heeft niet het laatste woord. We zien een drukkend regime van het kwaad, soms voelt het als een zware last. Maar de echte koning is onderweg. Hij is er al, maar straks zal iedereen het weten. Hij is er al, en dat maakt dat we mogen leven met een hoopvolle verwachting. Met blijdschap.

Trailer van de bioscoop film “Robin Hood” (2010)