Wees eerlijk, het is een grote uitdaging om als leider de mensen de richting op te leiden naar het doel dat jij allang hebt gezien. Vergeet niet dat leiders en visionairs vaak een idee hebben over de toekomst, het doel waar je naar onderweg bent, maar dat veel uit de groep, de kerk, de organisatie, het bedrijf, dat nog zien. Hoe werkt het eigenlijk om te leiden? Is het niet zo dat je soms de dromen die je had hebt zien sterven in je hoofd?

Een paar lessen die ik aan het leren ben

1. Zorg dat de negatieve stem stopt die steeds zegt dat de droom te groot is, de visie onrealistisch, te riskant. Deze stem kan in je eigen hoofd ronddwalen, maar kan ook om je heen steeds weer boven komen. Voor je het weet is de droom die je ontving vroegtijdig verdwenen. Je kan er iets tegenover zetten. Namelijk de vraag “wat nu als…”. Het denkt in mogelijkheden, is gericht op de uitdaging. Het dwingt je om verder dan de huidige situatie te denken. Hiermee krijgt creativiteit de ruimte!
2. Je hebt niet eerst iedereen nodig om je visie te ontwikkelen. Iedereen gaat dan mee in het grote proces van dromen, kijken naar de toekomst… Dat wordt uiteindelijk een onoverzichtelijke bedoening. Je hebt persoonlijke tijd nodig om je visie uit te werken, alles woorden te geven, door te denken. En dat is nodig vóór je je visie gaat delen in een brainstorm met anderen. Brainstormen en visie ontwikkeling moet niet worden beïnvloed door strategisch plannen. Dat komt pas in de fase erna. In dit proces is het nodig om de grenzen te laten vervagen en uit je box te stappen. Na dit proces, wat ook een heel persoonlijk proces is, kan je aan de slag met je team (welke dat ook is).

In het hoofd van de ander

De grote vraag is hoe je alles uit je hoofd in het hoofd van de ander krijgt. Al die ideeën zijn wellicht helder voor jou, maar hoe zien de anderen wat jij hebt gezien? Hoe je dit overbrengt gaat op jouw manier. Dat kan met schetsen, met notities, met discussies met de mensen die in je directe team zitten. Samen kan je aan de slag om je visie te vertalen voor de grote groep, de kerk, het bedrijf. Het grote plaatje (waar ben ik naar onderweg) is daarbij belangrijker dan de vraag hoe je daar gaat komen. Dat is pas de tweede fase.

Als leider ben jij misschien wel de meest belangrijke in dit hele proces. Want jij hebt de visie, jij hebt het gezien, jij hebt de droom. Daarom gaan ze achter jou aan. Jij draagt de vlag die gevolgd moet worden. Als de visie duidelijk is voor jezelf en je team kan het echte werk pas beginnen.

N.a.v. “articulating your vision as a leader“